Kleuterprojecten evalueren

Op 11 juli 2012 bezocht ik in Manchester de conferentie Engaging Digital Audiences in Museums , georganiseerd door de Museums Computer Group en Digital Learning Network. De dag zat bomvol inspirerende presentaties, gesprekken en discussies.

kinderkunst in het Dordrechts Museum

Een van de sessies ging over het evalueren van projecten. Evaluatie is niet alleen belangrijk om te kunnen meten of een project een succes is.  Het biedt ons ook de mogelijkheid om te leren van de punten die nog verbeterd kunnen worden en ons aanbod aan te passen aan een continue veranderende doelgroep. Een van de sprekers, Isabel Benavides (@isabelinmuseums), Family Outreach Manager bij het Museum of London deelde haar ervaring met het evalueren van kleuterprogramma’s. Wij zijn fan van kleuterprogramma’s in musea en weten hoe lastig het kan zijn om dit soort projecten te evalueren. Traditioneel gezien worden ouders, verzorgers of docenten vaak bij de evaluatie betrokken, bijvoorbeeld door ze een vragenlijst in te laten vullen. Benavides gelooft erin dat dit soort informatie kan worden aangevuld door feedback van de kinderen zelf. Ze ontwikkelde een arsenaal aan middelen om zelfs zeer kleine kinderen uit te laten drukken wat zij van de activiteit vonden.

Om te ontdekken hoe kinderen bepaalde onderdelen van het programma beoordelen maakt ze gebruik van kaarten met afbeeldingen. Kinderen kunnen met plaatjes van lachende en verdrietige gezichtjes aangeven welke elementen wel en welke niet in de smaak vielen. Zo ontdekte Benavides tot haar verbazing via het verdrietige gezichtje naast een plaatje van een boek dat het samen lezen in een prentenboek niet in de smaak viel. Wat bleek? De ruimte waarin de boeken lagen was wel knus, maar ook iets te donker, waardoor kinderen de plaatjes niet goed konden zien. Dit voorbeeld geeft aan dat evaluatie zelden het verzamelen van koude data tot doel heeft, maar dat het er juist om gaat om te begrijpen wat die data betekenen.

Een andere aanpak waar momenteel mee wordt geëxperimenteerd is het gebruik van foto’s en geluidsopnames. In een ouder-kind programma worden kinderen gevraagd om foto’s te nemen rond een bepaald thema of met een specifieke opdracht in gedachte. Bijvoorbeeld: Maak een foto van alle dieren die je tegenkomt. Door later met de kinderen te bespreken waarom ze bepaalde foto’s hadden genomen kan veel over het project en het proces ontdekt worden. De verbale interactie van kinderen tijdens het project werd ook opgenomen, ook dat kan ons helpen om hun leefwereld en motivatie beter te begrijpen. Tenslotte werden kinderen ook gevraagd om elkaar te interviewen. Nu geluidsopname apparatuur steeds makkelijker, compacter en robuuster wordt, is dat veel makkelijker te organiseren. Zo konden kinderen aan elkaar vragen wat ze het leukste onderdeel vonden van het programma.

Tenslotte werden observaties toegepast. Hierbij ben je weliswaar niet direct in gesprek met het kind, maar door de non-verbale communicatie van het kind te observeren kan een hoop informatie verzameld worden. Het is de methode die de rijkste data oplevert, maar ook relatief arbeidsintensief is. In het Museum of London gebruiken ze bij observaties de schalen voor welzijn en betrokkenheid die aan de universiteit van Leuven zijn ontwikkeld. Deze schalen van 1 tot 5 geven een inschatting van het welzijn en de betrokkenheid van het kind. Zo wordt er bijvoorbeeld gekeken of een kind actief meedoet aan een activiteit of aan de zijlijn blijft staan. Wordt er gelachen, in de handen geklapt, bij de activiteit gezongen of gekletst? Of ziet het kind er ongemakkelijk uit, trekt het zich terug of huilt het zelfs? Deze vragen lijken open deuren, maar door goed te kijken hoe kinderen zich gedragen en door henzelf te vragen hoe ze bepaalde onderdelen hebben ervaren kunnen we veel te weten komen over de belevingswereld en behoeftes van hele kleine kinderen. Het gebruik van formele evaluaties maakt het mogelijk om deze informatie met collega’s te delen en binnen de organisatie op te slaan, zodat ze als referentie kunnen dienen wanneer een nieuw programma wordt ontwikkeld. En kinderen op een actieve en leuke manier bij je evaluatie betrekken helpt hen weer bij het leren vormen en uiten van een mening. Zo kan de evaluatie van kleuter project zowel het kind als de organisatie uidagen om zich te ontwikkelen