De collectie als kern van evenementen
De Museum Vereniging pakte dit jaar groot uit: Het museumweekend is een nationale museumweek geworden. Van 18 t/m 26 april stonden de Nederlandse museumcollecties extra in het zonnetje onder de noemer ‘Ons Echte Goud’. Op nationaal niveau betekende dit dat er elke dag in een andere Nederlandse stad een ‘gouden pronkstuk‘ werd onthuld. Op deze manier werd de museumweek ook buiten de museummuren zichtbaar gemaakt, met als doel om mensen uit te nodigen ook eens binnen die muren te komen kijken.”We willen meer waardering voor de collecties bij het grote publiek,” aldus de Museum Vereniging en dus staan juist die collecties deze museumweek centraal.
In het verleden vonden musea het nog wel eens lastig om invulling te geven aan het jaarlijkse thema van het museumweekend. Het museale aanbod in Nederland is immers zo rijk en divers dat bijna geen thema voor elk museum relevant is. Daarom vieren we de collecties, alle collecties, het echte goud van de Nederlandse musea. We grijpen de gelegenheid aan om te kijken hoe musea hun collecties vaker centraal kunnen zetten tijdens evenementen.
Vier je museum, vier je collecties
Het thema van de nationale museumweek zorgde voor een directe koppeling tussen een evenement en museale collecties. Dat is fantastisch, want vaak heerst bij musea nog het gevoel dat het vluchtige en op activiteit gerichte karakter van een evenement juist afleidt van de museale collectie, zowel bij personeel als bezoekers. Wanneer een groot evenement op stapel staat, schieten andere museale taken en er vaak bij in. En als bezoekers komen voor een activiteit, nemen ze dan ook de tijd om de collectie presentatie te bezoeken? De uitdaging ligt erin om vanuit de kracht van de eigen collectie activiteiten en evenementen vorm te geven. Maar hoe doe je dit? Hoe past het binnen het bestaande programma? En hoe bereik je het ‘grote publiek’ waar de Museum Vereniging haar zinnen op heeft gezet? We zetten wat mogelijkheden op een rijtje.
Eén manier om mensen niet enthousiast te krijgen voor wat je doet, is zeggen dat je meer waardering wilt. Impliciet vertel je je potentiële bezoekers dan namelijk dat ze je niet op waarde weten te schatten en ze dus kennelijk iets verkeerd doen. Hiermee schep je afstand tussen je museum en je potentiële bezoekers, terwijl je juist wilt dat ze je waarderen en zich dus verbonden met je voelen. Het is dan ook belangrijk om je doel (meer waardering) om te zetten in een aansprekende boodschap. Deze boodschap is uniek voor jou als museum en richt zich idealiter op een iets specifiekere doelgroep dan het ‘grote publiek’.
Maak de boodschap positief, vier je collecties! Probeer daarbij te denken vanuit je doelgroep en niet vanuit een lijst met topstukken. Misschien vind je inspiratie in het werk van andere musea, zoals het Science Museum dat haar conservatoren uitnodigt om blog posts te schrijven over objecten uit de collectie. Of kijk naar de tips die werden gegeven naar aanleiding van die andere #museumweek, waarbij via social media werd getoond hoe interessant, leuk, spannend en inspirerend musea zijn. Zo gaf museum Boijmans van Beuningen onlangs haar collectie nieuwe relevantie tijdens de Grote Rekendag.
Kom op, optillen! En blazen maar… #groterekendag @boijmans #inhollandrotterdam pic.twitter.com/jednbKD0uO
— Taaltuin Schiedam (@Taaltuin8) March 25, 2015
Van marketing naar verdieping
Zie elk evenement als een mogelijkheid om een langdurige relatie op te bouwen met je (nieuwe) publiek. Het is een kans extra marketing te genereren voor het hele museum. Als jij in je marketingcampagne voor een evenement kunt aantonen dat een deel van je aanbod, of dit nu een object, deelcollectie of specifiek programma is, relevant is voor je doelgroep, zorg dan dat die relevantie ook na het evenement blijft bestaan. De kans is dan groter dat je doelgroep je ook na dat ene bezoek nog zal weten te vinden. Probeer activiteiten te vermijden die weinig raakvlak hebben met je reguliere programma, maar grijp juist de kans om bestaande projecten in het zonnetje te zetten.
Laat je gezicht zien
Er bestaan veel vooroordelen over musea: Ze zijn saai, stoffig, elitair, je mag er niet lachen en vooral geen vragen stellen, of zeggen dat je iets niet mooi vindt. Voor mensen die niet gewend zijn om musea te bezoeken kunnen het afstandelijke, gesloten organisaties lijken. Al deze vooroordelen en ideeën die mensen over musea hebben kunnen er voor zorgen dat ze het gevoel hebben dat musea hen niets te bieden hebben, of (erger nog!) niet in hen geïnteresseerd zijn. Maak jezelf benaderbaar, zorg dat mensen zich welkom voelen, maar laat vooral ook je gezicht zien. Mensen zullen zich eerder verbonden voelen met andere mensen, dan met een organisatie. Maak duidelijk dat je museum bestaat uit een groep mensen die goed zijn in hun werk, én gevoel voor humor hebben, zoals bijvoorbeeld het Royal Ontario Museum deed. Of laat zien dat in jouw musea niet alleen de mening van de conservator telt, maar dat iedereen zijn eigen redenen heeft om iets mooi, interessant of juist vervelend te vinden. Zo vroeg de National Gallery of Australia haar personeel om hun lievelingsobject.
Hou het behapbaar
Het is beter om één ding goed te doen, dan om een heleboel activiteiten te programmeren waar je weinig aandacht of ruchtbaarheid aan kunt geven. Bedenk wat voor jou en je doelgroep waardevol zou kunnen zijn. Ga ook na welke collectie gerelateerde werkzaamheden er toch al plaatsvinden en kijk of je die een plek kunt geven in je marketingactiviteiten. Kun je je publiek laten meekijken of helpen bij museale taken? Vraag ook advies aan conservatoren en de afdeling beheer en behoud. Niemand weet zo goed wat er rond de collectie gebeurt als zij. Combineer online en on-site activiteiten en zorg dat je ruim op tijd laat weten wat er gaat gebeuren en wanneer het gaat gebeuren. Dit geldt ook voor online activiteiten!
En ten slotte: maak er een feestje van! Vier je collecties, gooi je deuren open en zorg dat zoveel mogelijk mensen relevantie vinden in wat je te bieden hebt, dat zullen ze zeker waarderen.